Het is weer voorbij, de herfstvakantie. Het ruikt heerlijk buiten.
Tijdens een tocht in de vakantie op mijn zolder, heb ik gezocht naar een tekst die ik vroeger bij een spreekbeurt heb gebruikt. De spreekbeurt (bij Nederlands) ging over het ritme van gedichten en muziek. Ik heb toen een voorbeeld gebruikt uit het boek wat wij destijds gebruikte tijdens de lessen Nederlands.
De zolder ruikt naar boeken
waar niemand meer in leest.
Hun kromgetrokken hoeken
zijn eenmaal mooi geweest.
En............. de rest weet ik niet meer!
Ik heb de tekst nog steeds niet gevonden, maar heb de melodie nog in mijn hoofd.
Wie kan mij helpen aan de tekst of de naam van de schrijv(st)er
Was getekend,
Hans van den Hoof
(Opleider Digitale Bibliotheek)
donderdag 5 november 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Dit is een gedicht van Mies Bouhuys dat "De oude kist" heet.
BeantwoordenVerwijderenhttp://snotneusjes.wordpress.com/tag/zolder/
De zolder ruikt naar boeken,
waar niemand meer in leest.
De dingen in de hoeken
zijn eenmaal mooi geweest.
Toen stonden ze nog beneden:
-wij waren nog heel klein-
de wieg van lang geleden,
de hond van porselein.
Mijn vaders hoge zijen,
mijn moeders parasol,
een kapstok met geweien,
een beertje en een tol.
Een kist vol spinnewebben
met ijzeren beslag;
het mooiste wat wij hebben
komt daaruit voor de dag.
Soms tref je zulke kleren
op oude prenten aan.
‘Dag dames, dag meneren,
zullen we wandlen gaan?’
Een strohoed met een strikje
groet naar een sleepjapon;
die antwoordt met een knikje
op ‘t stoeltje in de zon.
De heren komen nader
en lichten hoofs hun hoed. -
Wat jammer dat mijn vader
nu juist de lamp aandoet.
Ik knipper met mijn ogen,
ik knijp ze driftig dicht.
Alles is weggevlogen
in het electrisch licht.